Openingsrit 2024
Op zondag 21 april verzamelden de eerste brommerrijders zich om 9.45 uur bij de Olde Mölle in Neede,
gelegen op de Needse berg, een stuwwal uit de ijstijd. Er stond een koude noordenwind en het zou ook niet warmer worden dan 10 graden. Langzamerhand druppelden er steeds meer rijders binnen. Er zouden uiteindelijk 22 brommer liefhebbers de tourrit meerijden. De meesten hadden zich warm aangekleed tegen de kou en mogelijke regen. Om 10.30 uur werden we getrakteerd op een lekker bakje koffie en kon iedereen weer bijkletsen. Aangezien het de eerste rit na het winterseizoen was, had iedereen wel een verhaal paraat. Om 11.00 uur werden de brommers gestart en kon de tourrit beginnen.
Een prachtige rit van ongeveer 80 kilometer door het Achterhoekse landschap zou volgen. De eerste kilometers gingen richting Borculo. Een plaats prachtig gelegen aan de rivier de Berkel, bekend van onder andere de watermolens, bestaande uit een oliemolen en een korenmolen. Daarna werd de weg vervolgd richting Lochem, waarbij we net voor de 49 meter hoge Lochemse berg afsloegen richting Ruurlo. Vlak voor Ruurlo volgde de stoet brommers de weg naar Vorden. We lagen iets voor op ons tijdschema dus voordat we het dorp inreden, werden de brommers geparkeerd voor een korte plaspauze.
Onze lunchpauze vond plaats in café restaurant de Herberg in Vorden. Van dit bijzondere restaurant wordt al rond 1650 melding gemaakt als een plek waar men bier brouwde. Destijds heette De Herberg “Het Wapen van Vorden”. Tijdens de Tweede Wereldoorlog namen Duitse officieren hun intrek in dit hotel waar ze de verdedigingslinie achter de IJssel bespraken.
De brommers, welke op een rij aan de overkant van het restaurant geparkeerd stonden, hadden veel bekijks. Na heerlijk gegeten en vooral bij gekletst te hebben werd de tourrit herstart en de rit ging via Warnsveld richting Almen. Hier viel het enige regenbuitje van de dag. De rivier de Berkel werd weer overgestoken via de Spitholderbrug. De brug zelf is niet oud, maar de plek heeft een rijke historie. Tot in de 18de eeuw kon het handelsverkeer alleen bij de Spitholterbrug de Berkel oversteken. Zo konden ze vanuit Westfalen naar Deventer. In de 80-jarige oorlog werd de brug gebruikt door de legers om de steden in de Achterhoek te bevrijden van de Spanjaarden. Deventer en Zutphen vochten honderden jaren om de Spitholterbrug. Beide steden wilden de brug in hun bezit om zo het handelsverkeer met Duitsland veilig te stellen. In die tijd is de brug meerdere keren vernield.
Na de brug sloegen we rechtsaf richting Ehzerwolde: het vroegere PW Janssen ziekenhuis, wat later dienst deed als sanatorium. Nu is het in gebruik als hotel, restaurant en trouw locatie. Hierna staken we het Twentekanaal over richting Laren. Tijd voor een groepsfoto, dus werd er even gestopt. Laren is bekend vanwege de omliggende landgoederen, zoals Ampsen, Verwolde en Oolde. Na Laren werd de weg vervolgd naar Exel, waarna we de weg insloegen richting Noordijk, mede nationaal bekend van het paardenfestijn Bollert Brons. Na Noordijk kwam al snel de Needse berg met de Hollandsche molen weer in het zicht. De brommers werden na een nagenoeg droge maar koude dag weer geparkeerd. Een groepje mensen bleef onder het genot van een drankje nog even napraten. Iedereen heeft genoten van een prachtige tourrit. Dank gaat uit naar Peter Schoenmakers voor het uitzetten van een schitterende rit.
Christiaan Scholten
Hieronder een foto impressie: